Stolpersteine voor David Jozef en Jozef David Beem (Joods Weeshuis)

Stolpersteine
volgende stenen

Inhoud van deze pagina:

  • Plaatsing Stolpersteine 14 juni 2023
  • Toespraak bij deze plaatsing
  • Links

 

Plaatsing Stolpersteine 14 juni 

Op 14 juni 2023 werden Stolpersteine geplaatst bij het voormalig Joods Weeshuis, Roodenburgerstraat 1a, voor:

David Jozef Beem, geboren te Rotterdam op 17 juni 1922, gedeporteerd uit Westerbork op 6 juli 1943 naar Sobibor, vermoord op 9 juli 1943 te Sobibor.

en 

Jozef David Beem, geboren te Rotterdam op 4 juli 1926, gedeporteerd uit Westerbork op 23 maart 1943 naar Sobibor, vermoord op 26 maart 1943 te Sobibor.

david en jopie beem
David en Jopie Beem – 1938 – Album Levisson (Bron: JCK)

 

De steen voor David werd geplaatst door leden van het bestuur van Machseh Lajesoumim, de nog bestaande vereniging van het Joods Weeshuis in Leiden.

De steen voor Jopie werd geplaatst door een bijzondere betrokkene, Richard van den Hoek.

 

Toespraak gehouden door Babs van der Schoot

David Jozef Beem

David Jozef Beem werd op 17 juni 1922 geboren in Rotterdam. Hij was de eerste zoon van Simon David Beem, van beroep koopman, en Rosa Hertzdahl. Zij hadden al twee dochters: Mientje (Hermina Juliana) van 4 en Juultje (Juliana Hermina) van 2 jaar. David kreeg in 1926 een broertje: Jopie (Jozef David).

De moeder van David leed aan depressies en werd langdurig verpleegd in de Joods psychiatrische inrichting ‘Het Apeldoornse Bosch’. Vader was niet in staat om de kinderen alleen groot te brengen. Alle kinderen verhuisden in september 1929 naar het Leids Joods Weeshuis. Daar woonden niet alleen weeskinderen, maar ook kinderen waarvan de ouders niet zelf voldoende zorg konden bieden aan hun kind. De kinderen Beem waren toen respectievelijk 11, 9, 7 en 3 jaar oud. Vader bezocht de kinderen elke zondag en af en toe nam hij ook een kind mee op familiebezoek bij zijn broer.

David bleef tot zijn achttiende in het weeshuis wonen. Hij vertrok toen naar een kibboets in Laag Keppel. In deze kibboets volgden jonge mensen een opleiding om zich voor te bereiden op hun emigratie naar Israël.  Ze kregen dan een zogenaamd Palestina Certificaat, waarmee ze zich in het Britse mandaatgebied mochten vestigen. Ook David deed daar werkervaring op als landarbeider.

In 1941 werd zijn droom om te emigreren wild verstoord: Adolf Hitler verbood het Joden om bezet gebed te verlaten. Burgemeester Cordes deed, mede op verzoek van meerdere landbouwers, diverse pogingen om de Joodse jongeren te behouden voor de gemeente. Dat is niet gelukt. Op 29 maart 1943 was er de beschikking dat de jongeren ‘gedwongen geëvacueerd’ werden naar concentratiekamp Vught. David arriveerde op 10 april in Vught en werd als dwangarbeider tewerkgesteld bij de Moerdijk. Op 3 juli werd hij naar Westerbork gedeporteerd en op 6 juli naar Sobibor, waar hij is vermoord. Hij is 21 jaar geworden.

Jozef David Beem (Jopie) werd op 4 juli 1926 geboren in Rotterdam, en was drie jaar toen hij in het weeshuis kwam wonen.

Jopie heeft op de Ambachtsschool aan de Haagweg gezeten. In september 1941 ging de Duitse maatregel in dat Joodse kinderen niet meer met niet-Joodse kinderen naar school mochten gaan. Het was niet mogelijk om voor alle verschillende schooltypes een Joodse school te stichten in de regio; er kwam dus geen ambachtsschool. Jopie (toen 15 jaar oud) ging daarom naar de Mulo. Met nog enkele andere kinderen uit het weeshuis, reisde hij met de blauwe tram naar Den Haag. Tijdens de hele reis moesten de kinderen, omdat ze Joods waren, blijven staan. Zijn vriend Hans Kloosterman heeft verteld hoe ze van de tramhalte naar school door de rosse buurt moesten lopen, en daar werden uitgescholden door de vrouwen. Wraak nemen door op een dag sneeuwballen te gooien leverde alleen maar meer gescheld op.

Toen Jopie 13 jaar werd, kreeg hij, zoals alle kinderen die bar-mitswa werden, een gebedenboek van het weeshuis, met zijn naam erin. Deze sidoer is op een bijzondere manier in handen gekomen van mevr. Reizla Goldberg, die destijds op de Zoeterwoudsesingel woonde. Haar zoon, dhr. Richard v.d. Hoek, heeft de sidoer geërfd en elke vrijdagavond steekt hij, bij de sidoer en een foto van Jopie, een kaarsje voor Jopie aan. Daarom is het zo mooi dat Richard deze steen voor Jopie heeft geplaatst.

Er is nog een mooi verhaal over Jopie: in het weeshuis werkte juffrouw Gebert. Toen maart 1942 al het niet-joodse personeel van het weeshuis gedwongen ontslagen werd, moest ook Geertje Gebert vertrekken.

Twee maanden later trouwde ze en Jopie wilde (samen met twee andere jongens) persé naar de receptie, hoewel het al gevaarlijk was voor Joden om over straat te gaan. Hij wilde de bruid bij binnenkomst meteen geruststellen met de woorden: “Wees maar niet bang, we hebben onze hand op de ster gehouden”. Jopie gaf haar een bijzonder geschenk: een houten dienblad, door hem zelf gemaakt als proefwerk voor de Ambachtsschool. Deze mevrouw Bekooy- Gebert heeft dat dienblad altijd bewaard. In 1990 is het overgedragen aan het Joods Historisch Museum in Amsterdam.

Jopie heeft in het weeshuis gewerkt als boodschapper, hulpportier en hulpstoker in het weeshuis. Hij woonde er tot de ontruiming. Na aankomst in Westerbork werd hij direct met het eerstvolgende transport naar Sobibor gedeporteerd en daar vermoord op 26 maart 1943. Hij is zestien jaar geworden.

Niemand van het gezin Beem heeft de oorlog overleefd.

 

BRONNEN

 

Biografie van David en Jopie Beem op de website van het Joods Weeshuis Leiden

– Website Joods Weeshuis

– Verslag plaatsing Stolpersteine Joods Weeshuis – 14 juni 2023

 

De Stichting bedankt de gemeente Leiden, de Universiteit Leiden, musicus David Prins, het gezondheidscentrum Roodenburg en alle particulieren (de aanwezigen en zij die financiële steun gaven) voor het steunen en mede mogelijk maken van deze plechtigheid.

 

Correcties en aanvullingen kunt u melden aan de redactie, via webmaster@herdenkingleiden.nl