Tiboel Siegenbeekstraat 7 – familie Van Tijn

Stolpersteine
volgende stenen

Inhoud van deze pagina:

  • Plaatsing Stolpersteine 13 maart 2024
  • Toespraak bij deze plaatsing
  • Biografie
  • Links

 

Plaatsing Stolpersteine 13 maart 2024

Op 13 maart 2024 werden Stolpersteine geplaatst bij Tiboel Siegenbeekstraat 7 voor:

Louis van Tijn, geboren op 25 augustus 1905 te Den Haag, gedeporteerd op 11 mei 1943 uit Westerbork naar Sobibor, vermoord in november 1943 te Dorohuzca.

Rachel van Tijn-Lubinski, geboren op 17 januari 1907 te Lubien (Polen), gedeporteerd op 11 mei 1943 uit Westerbork naar Sobibor, vermoord op 14 mei 1943 te Sobibor.

Esther van Tijn, geboren op 21 september 1934 te Utrecht, gedeporteerd op 11 mei 1943 uit Westerbork naar Sobibor, vermoord op 14 mei 1943 te Sobibor.

Izaäk van Tijn, geboren op 29 augustus 1938 te Groningen, gedeporteerd op 11 mei 1943 uit Westerbork naar Sobibor, vermoord op 14 mei 1943 te Sobibor.

 

 

Louis van Tijn, Rachel van Tijn-Lubinski, Esther van Tijn. Van Izaäk is geen foto bekend.

(Bron: Yad Vashem, met dank aan René Taselaar)

 

De stenen voor Louis en Rachel werden geplaatst door een achternicht van de Van Tijn-familie.

De stenen voor Esther en Izaäk werden geplaatst door René Taselaar en Henk Koekkoek, vroegere buurkinderen van Esther en Izaäk.


De stenen voor Esther en Izaäk werden geplaatst door René Taselaar en Henk Koekkoek, vroegere buurkinderen van Esther en Izaäk.

  

René Taselaar hield een toespraak.

 

Toespraak (deel 1) gehouden bij de plaatsing

door Erik Habold

Louis van Tijn was 38, zijn vrouw Recha of Rachel 36, Esther 9 en Izaak 4, toen ze hier uit hun huis weggehaald werden en op transport gesteld. Ze woonden hier sinds eind jaren dertig. Louis was chef van Gerzon’s Modemagazijnen, alhier in de Breestraat, en Rachel, die afkomstig was uit Polen, was huisvrouw. Een gewoon, aardig gezin, voorzover we hebben kunnen nagaan. Maar daarover geef ik bij dezen graag het woord aan een buurjongen van het gezin van destijds, dhr. René Taselaar.

 

Toespraak (deel 2) gehouden bij de plaatsing

door René Taselaar

Tijdens de Tweede Wereldoorlog woonde ik met mijn ouders op Tiboel Siegenbeekstraat 9. Naast ons woonden in deze kinderrijke straat op nr. 7 in het begin van de jaren veertig de kinderen Izaak en Esther van Tijn.
De broze Izaak, geboren in augustus 1938, was erg astmatisch, waardoor hij nauwelijks buiten kwam vanwege zijn overal hoorbare hoesten. Daarom durfden zijn ouders niet onder te duiken, toen dat ter sprake kwam. Nadat hij was overgebracht naar Westerbork werd Izaak opgenomen in het kampziekenhuis, tot vlak voor het transport naar Sobibor.
De lieve en behulpzame Esther, geboren in september 1934, was één van onze speelkameraadjes bij het verstoppertje, spelen hinkelen, knikkeren en steppen. De band met de andere kinderen blijkt ook uit de bewaard gebleven verjaarsfoto van Lyda Verstegen.

In het begin van de oorlog zat Esther op de lagere school in de Kernstraat. Ze verloor daar haar vrienden, toen ze na augustus 1941 gedwongen werd naar een speciale Joodse lagere school op het Pieterskerkhof te gaan. Haar jaren oudere buurmeisje Mimi Vosters op nr. 5 bracht en haalde haar.

Nog vóór een te verwachten razzia gaf vader Louis van Tijn uit voorzorg de steppen van beide kinderen aan Henk Koekkoek en mij, om die uit handen van de Duitsers te houden.

Toen Esther op de late avond van 17 maart1943 met de anderen van het gezin door de politie opgehaald werd, kwam Mimi door het gestommel naar buiten. Daarop vroeg Esther: ‘Juffrouw Mimi, mag ik, als ik terugkom met je mee naar school?
Die avond verloren wij onze vrienden Esther en Izaak, en zij ons, alleen omdat zij Joods waren.
Tijdens haar verblijf in Westerbork stond op een briefkaart van Esther naar mij: ‘Ik verveel me hier niet, heb veel speelkameraadjes, maar als je een beetje aan ze gewend bent, komen er weer nieuwe en gaan de oude weg’……
Telkens wist Esther zich aan te passen.

Vanaf 25 maart t/m 14 mei 1943 stuurden drie families uit de straat en enkele daarbuiten, onder regie van mevrouw Koekkoek, 36 pakketten ,met onder meer voedsel, naar het gezin Van Tijn in Westerbork Ook was er druk postverkeer, in de hoop de Van Tijns alsnog te kunnen redden.
De laatste brief van vader Louis van Tijn naar de familie Koekkoek dateert van 5 mei 1943.
Daarbij eindigt hij met: Wij zijn moedig en flink en vol vertrouwen. Tot ziens”.

Op 11 mei 1943 vertrok hun transport naar Sobibor…..

De familie Junge ontving alleen nogen bericht van ontvangst voor een op 15 mei gestuurd pakket naar Westerbork met de toegevoegde tekst: ‘Gedresseerde is vertrokken, wij hebben pakket aan afdeling uitgereikt’.

Sindsdien bleef het stil, maar niet in onze gedachten.

 

Biografie opgesteld door Erik Habold

Louis van Tijn, zijn vrouw Rachel Lubinski en hun kinderen Esther en Izaäk.

Louis van Tijn was het derde kind van Izaak van Tijn, arbeider, en Saartje van Meer, huisvrouw.[1] Het gezin was uiteindelijk vier zonen rijk. Louis werd geboren in Den Haag op 25 augustus 1905 maar het gezin verhuisde al na twee maanden, op 14 oktober 1905, naar de Magdalenastraat 1 in Utrecht, een oud pand en waarschijnlijk in slechte staat, want in 1913 vervangen door nieuwbouw, in een smalle straat [2]. Vader Izaak werd suppoost van het Israëlitisch Weeshuis.

Louis van Tijn woonde tot 14 november 1927 in Utrecht. Toen vertrok hij naar Leeuwarden en trouwde daar op 21 juni 1932 met de 25-jarige uit Polen afkomstige Rachel Lubinski (Lubien, 17-1-1907), een dochter van Abram Lubinski en Ester Cyn.

De jonggehuwden vestigden zich in Huizum, een wijk in het voormalige Leeuwarderadeel, thans Leeuwarden. Louis werkte als afdelingschef bij het Friese filiaal van Gerzon’s Modemagazijnen in Leeuwarden, dat gevestigd was op de Nieuwstad 126.

Op 11 november 1932 vertrokken Louis en Rachel naar Utrecht. Hun dochter Esther werd daar op 21 september 1934 geboren. Na 1936 verhuisde het gezin naar Groningen waar zoon Izaäk op 29 augustus 1938 geboren werd. Hun laatste vrijwillige verhuizing was naar Leiden, waar Louis chef werd van Gerzon’s Modemagazijnen aan de Breestraat, een bekende, brede winkelstraat. Het ging ze duidelijk voor de wind, financieel gezien, want ze kwamen te wonen in een ruime eengezinswoning, Tiboel Siegenbeekstraat 7, in de pas aangelegde, voor de middenstand bedoelde burgemeesterswijk.[3]

Volgens de Joodse Raad kon hij goed met publiek omgaan. Hij was zeer ijverig en welwillend. En niet verrassend, hij had kennis van textiel en beschikte over administratieve kundigheden.

De kinderen, Esther met name, hadden veel speelkameraadjes in de straat, het moet er erg fijn geweest zijn. Izaak was door zijn astma meer aan huis gekluisterd. Zijn benauwdheid en gehoest zouden er mede voor gezorgd hebben dat het gezin in 1943 niet ging onderduiken.[4] Esther werd in 1943 door Mimi, dochter van buurvrouw Th.J.M. Vosters de Jong van nummer 5 regelmatig naar en van de speciale school voor de joodse kinderen aan het Pieterskerkhof gebracht en gehaald. Onderweg mocht Esther niet door het park bij het Plantsoen lopen. Omdat ze een ster droeg, moest ze op het erbuiten liggend trottoir blijven.[5]

Per 1 februari 1940 werd Louis van Tijn ook administrateur van het Joods Begrafeniswezen in Leiden. In augustus 1942 werd het gezin geregistreerd bij de Joodse Raad en door Louis’ werkzaamheden voor de Joodse Gemeente werd hij “gesperrt wegens functie” en daarmee waren tevens zijn vrouw en kinderen voorlopig vrijgesteld van deportatie.

Echter op 18 maart 1943 werden alle gezinsleden gearresteerd, een aantal dagen na een ander Joods gezin op nummer 20, en afgevoerd naar Westerbork waar zij werden ondergebracht in barak 68. Ook de kinderen in de straat ervoeren het als een groot gemis. Nog enige tijd stuurden buren pakketjes met onder andere voedingsmiddelen naar hun op.[6] Ook kwamen er nog enige weken kaartjes terug uit Westerbork, van Louis, van Rachel en soms namens de kinderen.[7] Op 11 mei werden zij allen op transport gesteld naar Sobibor. Het transport, dat in totaal 1446 gedeporteerden bevatte, arriveerde daar op 14 mei 1943, waarna Rachel van Tijn-Lubinski en haar twee kinderen Esther en Izaak onmiddellijk in de gaskamers werden vermoord.

Louis van Tijn werd geselecteerd en doorgestuurd naar het turfstekerskamp in Dorohucza, waar hij uiteindelijk in november 1943 om het leven is gekomen, na een halfjaar zware arbeid in erbarmelijke omstandigheden.[8]

[1]Mijn aanvullingen, EH

[2]Kadastrale Kaart Utrecht

[3]Mijn aanvullingen, EH

[4]René Taselaar, Herinnering aan twee Joodse  Gezinnen in de Tiboel Siegenbeekstraat. (Jaarboekje Dirk van Eck, 2005, 119-140)

[5]Alwine Steeman, Het Gezin Van Tijn (Verhaal, 11 nov. 1923, Joods Monument)

[6]Mondelinge mededeling René Taselaar, 1-2-2024

[7]René Taselaar, idem

[8]    Voorgaande informatie is voornamelijk afkomstig van de redactie van het Joods Monument. Gebruikte bronnen o.a. het Gemeente Archief Den Haag/geboorteakte 4266 voor Louis van Tijn; Het Utrechts Archief/Bevolkingsregister/Magdalenastraat 1 en de gezinskaart Izaak van Tijn; persoonskaart Louis van Tijn uit Leeuwarden; huwelijksakte 172 voor Louis van Tijn x Rachel Lubinski uit Leeuwarden; Huizummer Gezinskaart Louis van Tijn; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Louis van Tijn, Rachel van Tijn-Lubinski en Esther en Izaäk van Tijn; de Wikipedia website Jodentransporten vanuit Nederland.nl en toevoegingen van andere bezoekers van de website.

 

 

Esther van Tijn

 

Links

Joodsmonument.nl: Louis van Tijn, Rachel van Tijn-Lubinski, Esther van Tijn en Izaäk van Tijn

Leiden4045: Familie van Tijn

Verslag plaatsing 13 maart 2024

 

De Stichting dankt de gemeente Leiden, de St. Josephschool in Leiden, de Oud-Katholieke parochie, de particulieren (de aanwezigen en zij die financiële steun gaven) voor het steunen en mede mogelijk maken van deze plechtigheid.

Correcties en aanvullingen kunt u melden aan de redactie, via webmaster@herdenkingleiden.nl
Foto’s zijn deels door de stichting zelf gemaakt en deels door omstanders aangeleverd, waarvoor dank!