Verantwoording onderzoek Joodse onderduikers in Leiden en omgeving

Achtergronden bij de herdenking van 2021

 klik hier voor de 105 namen of voor de 42 namen (2021)

Voorgeschiedenis

Bij de herdenking van de Jodenvervolging in Leiden en regio in april 2019 merkte een van de aanwezigen, dat een naam ontbrak bij de herdachte personen en wel die van Nathan Kornalijnslijper. Kort daarvoor had zij tijdens een rondleiding door A. Siebelt in Leiden voor het eerst gehoord dat een verre verwant, Nathan Kornalijnslijper ondergedoken had gezeten in Leiden, aan de Lorentzkade. Toen zij dit gemis aankaartte bij het Beraad, inmiddels Stichting Herdenking  Jodenvervolging Leiden en omgeving heeft deze besloten onderzoek te doen naar de vraag of Joodse onderduikers die zijn omgekomen buiten ‘het Leidse doek’ zijn gebleven. Zij konden zich immers niet laten registreren bij de gemeente en waren vaak niet in beeld bij de Joodse gemeente. Gesineke Veerman van de Stichting startte met dit onderzoek en merkte al gauw dat het heel veel mensen betreft. Daarop heeft zij aan Dirk Kolff, bestuurslid en historicus van huis uit, en Nora Kornalijnslijper gevraagd dit onderzoek over te nemen.

Geschiedenis van het Leidse doek (2003)

Om de vermoorde Joden uit Leiden en omgeving te gedenken heeft het Stedelijk Museum de Lakenhal in samenwerking met Leonard Kasteleyn een tentoonstelling georganiseerd en een gelijknamig boek Joden in Leiden en omgeving uitgebracht (Stedelijk Museum de Lakenhal, 2003). Dit om te gedenken ‘dat het in 2003 60 jaar geleden was dat een groot aantal joodse burgers uit Leiden en omgeving werd weggevoerd naar kampen waar zij niet meer van terugkeerden’.

Centraal daarbij stond de lijst met namen van omgebrachte Joden uit Leiden en omgeving, in totaal 270 namen. De namen zijn aangebracht op een doek dat de functie heeft van herdenkingsmonument.

Leonard Kasteleyn heeft dit onderzoek uitgevoerd en hij borduurde daarbij voort op het werk van W. van Zegveld (1993) en op een lijst van de Leidse politie van destijds. In de periode van 1 januari 1942 tot 17 maart 1943 woonden tenminste 490 joden op het grondgebied van de Joodse Gemeente. Dat gebied omvatte Leiden en omliggende gemeenten. Het aantal van 490 joden is gebaseerd op opgaven van burgemeesters die aan de bezetter moesten opgeven wie rond 1 mei 1942 tot de Joodse gemeente Leiden behoorden. Van hen werden tenminste 270 personen om het leven gebracht.

Het onderzoek

In februari 2020 zijn Dirk Kolff en Nora Kornalijnslijper begonnen met het opsporen van namen van Joodse onderduikers in Leiden en omgeving die zijn opgepakt en omgebracht in de concentratie- en vernietigingskampen ten tijde van WO II. Voor het opsporen van de namen van Joodse onderduikers zijn dag- en nachtrapporten en arrestantenregisters van de Leidse politie uit de oorlogsjaren doorgenomen. Dank aan het archief Erfgoed Leiden voor de beschikbaarstelling van deze documenten. Tevens is gebruik gemaakt van twee documenten die destijds zijn opgesteld voor het onderzoek van Leonard Kasteleyn.

Vanwege de naderende herdenking in april 2020 is het onderzoekswerk onderbroken. Er was inmiddels een lijst met 65 namen van omgebrachte Joodse onderduikers. Deze namen zijn voorgelezen bij de videoherdenking op 19 april 2020 op de website van de stichting. Bij het traceren van opgepakte en vermoorde Joodse burgers (ingezetenen en onderduikers) in Leiden en omgeving deed zich een moeilijkheid voor. Niet alle Joodse onderduikers die in de Leidse politiearchieven vermeld worden, zijn in Leiden en omgeving gearresteerd. Twee Leidse rechercheurs die heel fanatiek waren in het opsporen van Joodse onderduikers, de heren de Groot en Biesheuvel, opereerden niet alleen in Leiden en omgeving. Wanneer ze een tip kregen dat er ergens onderduikers zaten dan gingen ze erop af. Deze opgepakte mensen namen ze mee naar het politiebureau in Leiden en die werden zodoende ook ingeschreven in het arrestantenregister van de Leidse politie. Uit de registratie valt niet af te leiden in welke plaats die mensen zijn opgepakt. De werkwijze van de twee Leidse rechercheurs is helder toegelicht In het boek van Sytze van der Zee getiteld Vogelvrij. De jacht op de Joodse onderduiker (2010, De Bezige Bij, Amsterdam). Hij heeft een heel stuk gewijd aan het werk van deze ‘jodenjagers’ en de ‘Documentatiedienst’ in Leiden waar ze officieel onder vielen.

Werkwijze

Bij het onderzoek naar de Joodse onderduikers zijn we afgegaan op de vermelde ‘verdenking’ en ‘op last van wie de arrestatie heeft plaatsgevonden’. De arrestantenregisters bevatten een kolom waarin stond waarvan de betrokken persoon verdacht werd. Tussen allerlei verdenkingen zoals diefstal, heling, overtreding van een distributiewet, ’s nachts buiten lopen, ontucht, onhebbelijk gedrag jegens een politieman, ontduiken arbeidsinzet stond ook ‘jood, jodin, of als jood veranderd van woonplaats zonder toestemming’. Mensen werden ook wel verdacht van het verbergen van joden en jodenbegunstiging. Door af te gaan op het type verdenking ‘jood, jodin, als jood verdacht van veranderen woonplaats’ en de naastgelegen kolom, op last van wie de arrestatie had plaatsgevonden – Sicherheitspolizei of Documentatiedienst – konden we de namen van mogelijke Joodse onderduikers opsporen. De gearresteerde mensen kregen een nummer (elk jaar begon de nummering opnieuw). Dit nummer maar vooral ook de geboorteplaats en geboortedatum en het woonadres waren naast de naam belangrijke gegevens bij het opsporen van de Joodse onderduikers. Immers de handgeschreven namen waren niet altijd goed leesbaar of juist gespeld, dus alleen de naam bood niet altijd voldoende houvast.

Wanneer een naam gevonden was, keken de onderzoekers eerst of deze naam voorkwam op het ‘Leidse doek’ en zo niet dan op de website Joods Monument (JM). Als we de naam van die persoon niet direct konden vinden dan keken we op JM bij mogelijke verwanten. Soms kwam iemands naam wel voor bij de vermelde familieleden van omgekomen personen en dan kon het gaan om een ouder, broer of zus, een kind. Gaf ook dat geen resultaat en bestond er twijfel over de schrijfwijze van de naam dan probeerden we het met kleine aanpassingen aan de naam. Doorslaggevend was voor ons altijd of de geboorteplaats en geboortedatum overeenkwamen. Er zijn ook mensen van wie we na uitgebreid zoeken de naam niet hebben kunnen vinden op Joods Monument en we hopen dat hun naam ontbrak omdat ze de holocaust overleefd hebben.

In 2020 en 2021 hebben we in totaal 105 namen gevonden van opgepakte en vermoorde Joodse onderduikers. De 42 namen die we in 2021 hebben gevonden, worden getoond bij de herdenking op de website van de Stichting Herdenking Jodenvervolging Leiden op 11 april 2021.  

 

10 april 2021, Nora Kornalijnslijper en Dirk Kolff

Achtergronden bij de herdenking van 2021