Inleiding Herdenking 16 april 2023, door Truus de Haan
Nog geen week geleden vierden we Pesach. Het feest gedenkt het oeroude verhaal van de bevrijding van het joodse volk uit Egypte. U kent het, denk ik. Het is een sterk verhaal, de beelden ervan staan ons duidelijk voor ogen: Een volk van uitgebuite en vernederde mensen. Een volk dat wegtrekt uit gevangenschap en achtervolgd wordt door een sterk leger, een volk in nood aan de rand van de zee. Hoe precies de historische feiten zijn geweest, zullen we nooit weten. Maar met deze beelden wordt de wanhoop van mensen duidelijk, wordt zichtbaar waar we het over hebben als het gaat om de noodkreet van mensen die naar vrijheid snakken.
We herdenken dit jaar hier weer de rampspoed van het joodse volk, maar nu relatief kort geleden. Zo´n 80 jaar, hun uitsluiting en vernietiging in de jaren ’30 en ’40 van de vorige eeuw.
Niet heel lang geleden zei iemand tegen mij: moeten ze – ze bedoelde: de joden- daar niet eens mee ophouden, met dat gedenken van die oorlog, met altijd slachtoffer te zijn? Omdat ik door die vraag nogal uit het veld geslagen was, heb ik toen tot mijn spijt niet ad-rem geantwoord.
Mijn antwoord zal ik daarom nu geven: Jawel, we moeten blijven gedenken.
En waarom? Omdat het van belang is om elkaar de verhalen te blijven vertellen. De verhalen van onze vaders, moeders, grootouders, buren. Zoals dat van mijn lieve, inmiddels overleden buurman opticien Jan van der Hurk, die met groot verdriet terugkeek naar de dagen waarop zijn joodse speelkameraadjes uit zijn Amsterdamse straat weggehaald werden en niet meer terugkwamen.
Verhalen zoals dat van vandaag door Arthur en Wil.
Ze leren ons over de nood en onvrijheid van mensen die ook hier kan bestaan en ook over de moed en de zelfopoffering van gewone mensen. Gewone mensen die, zoals de vader van Wil, een joodse man een plek gaf met alle risico’s voor hem zelf en zijn jonge gezin. Ze laten zien dat je zelf deel bent van de geschiedenis en die ook mee vorm kunt geven door de dingen die je zegt en die je doet, en die je niet zegt en niet doet.
Vandaag horen we het verhaal van moedige mensen. Een oom die voor zijn neef en plek vindt om onder te duiken. Een jong gezin dat die neef in huis neemt en waarvan de vader die beslissing met opsluiting in een strafkamp moet bekopen. Het gaat hier zowel om het gedenken van het onzegbare leed dat joden is aangedaan, als om al die mensen die uiterst moedige keuzen maakten om de vrijheid en waardigheid van anderen te waarborgen.
We willen vandaag in liefde en met ontroering stilstaan bij al die joodse inwoners van deze stad die hier in vrijheid woonden en wier waardigheid en leven vernietigd werden.
We gedenken niet uit nostalgie of identificatie met slachtofferschap. En in de woorden van die kleine, grote man de jurist Benjamin Ferensz, die kort geleden overleed, (u hebt waarschijnlijk ook over hem gelezen): ”Ons gedenken is ten diepste bedoeld om het recht te verdedigen dat alle mensen in vrede en waardigheid kunnen leven”.
Dat zou nu mijn antwoord zijn.
——————————————————————————————–
Namens de Stichting Herdenking Jodenvervolging heet ik u, jullie, vanavond van harte welkom om samen hier in Leiden te gedenken.
Om te luisteren naar Arthur van Kleeff en Wil Witte, om samen de namen van joodse slachtoffers uit Leiden en omgeving te noemen (u ziet ze hier ook staan), naar joodse gebeden en gezangen en naar muziek te luisteren.
In het programma staat een fout, nl. dat Wil de kleinzoon is van Jan Witte, maar Wil is zijn zoon.
Ik wens u een mooie herdenking toe.